Geloof en wetenschap
Calvinisten belijden Christus en nemen de natuurwetenschappen serieus
Calvinistisch belijden: "Eenheid van Geest en stof"

Het kernpunt van de samenhang tussen geloof en natuurwetenschap is God die zich aan ons openbaart. Er is slechts één autonome werkelijkheid en dat is God zelf. Alle materie en energie die de natuurwetenschap bestudeert zijn afhankelijk van Schepper en Onderhouder.
Dit gedeelte heeft de volgende doelen:- Nadenken over het verschil tussen iets (alles) en niets.
- Uitlokken van verwondering en bewondering voor de majesteit en wijsheid van God.
- Wegnemen van alle vrees voor natuurwetenschap bij christenen.
Het zal hier vooral gaan over de stoffelijke werkelijkheid. De niet stoffelijke werkelijkheid van de Geest, niet te zien maar toch aanwezig, belijden wij evenwel blijmoedig. De relationele natuurwetenschap moet van een dergelijke samenhang tussen geloven en meten maar niet meer schrikken. Wij gaan die twee niet vermengen, maar zullen wel trachten de eenheid te laten zien.
Juistheid en Waarheid
Kennis over de natuur wordt verworven door waarneming en theorievorming. Beide zijn dynamische processen afhankelijk van de waarnemers,
de beschikbare techniek, de helderheid van het menselijk denken. Wat vandaag juist geacht wordt kan morgen achterhaald blijken. Er is dus
nauwelijks sprake van absolute feiten, alleen van tijdgebonden vakwetenschappelijke juistheid. Voor een totaal beeld van de werkelijkheid
zal ieder van ons moeten streven naar het vinden van absolute waarheid. Het is daarbij beslist nodig de openbaring van God in de natuur
aan te vullen met de openbaring van al Gods handelen beschreven in de Bijbel. Het verschil tussen "juistheid" en "waarheid" wordt benaderd
in de hoofdstukjes 10 en 21 van "Toekomstmuziek".
Natuurwetenschap is dus niet absoluut. Anderzijds kan niemand binnen het natuurwetenschappelijk denken natuurwetenschappelijke juistheid
bestrijden op grond van metafysische argumenten. Wij springen dan ongemerkt en onverantwoord van wetenschap naar wereldbeeld. Het gevoel
van de gevallen mens schift de openbaring in beide bronnen op bruikbaarheid en er wordt een knus anthropomorf wereldbeeld gebouwd
(creationisten). Bouw je je wereldbeeld alleen uit stof, dan kom je nooit tot nieuw rentmeesterschap; je "cijfert" God en dus ook jezelf
weg (atheisten). Buiten God is er voor ons geen leven; wij bestaan alleen omdat God dat wil. Zie ook
definities juistheid en waarheid
Materie en energie.
Alles om ons heen wat zichtbaar is of zichtbaar kan worden gemaakt behoort tot de stoffelijke werkelijkheid: materie en energie.
Er is ook heel veel materie en energie die niet zichtbaar is voor ons, doordat er geen voor ons waarneembare straling wordt uitgezonden.
Men veronderstelt dat er ongeveer 25 keer zoveel onzichtbare (donkere) materie
en onzichtbare (donkere) energie in het heelal is als zichtbare.
Het onderscheid tussen donkere materie en donkere energie is nog onduidelijk.
Een wezenlijk verschil tussen materie en energie is er eigenlijk niet. Materie is dat deel van de stoffelijke werkelijkheid waarin energie
tijdelijk is vastgelegd. Daarnaast is er zogenaamde vrije energie. Energie en materie zijn in een voortdurend dynamisch evenwicht. De
beroemde formule van Einstein e=m.c² geeft de betrekking weer: energie is massa maal het kwadraat van de lichtsnelheid of anders gezegd:
massa is energie gedeeld door het kwadraat van de lichtsnelheid.
Hoeveel materie/energie is er in het heelal?
In het zichtbare heelal zijn ten minste 10 tot de macht 11 (honderd miljard) melkwegstelsels.
De massa
van ons eigen melkwegstelsel is
ongeveer honderd miljard zonmassa's. Onze zon heeft een massa van 1,989 maal 10 tot de macht 30 kg. De massa van ons melkwegstelsel is dus
ca 10 tot de macht 41 kg. Voor het hele zichtbare heelal ligt de massa in de orde van grootte van 10 tot de macht 53 kg.
Dit is een onvoorstelbaar grote hoeveelheid materie. Gezien de enorm grote afstanden tussen de melkwegstelsels is de gemiddelde dichtheid
evenwel onvoorstelbaar klein.
Men schat momenteel dat de waarneembare materie in het heelal een dichtheid oplevert van slechts ongeveer 10 tot de macht min 28 kg per
kubieke meter. Dat is onvoorstelbaar
weinig, namelijk ongeveer gelijk aan de massa van 1 waterstofatoom per kubieke meter. Dit is slechts ca 1 % van de dichtheid die nodig zou
zijn om te voorkomen dat de uitdijing van het heelal steeds maar door blijft gaan. Wanneer wij de hoeveelheid materie in het heelal proberen uit te
drukken in volume procenten is dat helemaal ontnuchterend. De diameter van een waterstofatoom is ca 10 tot de macht min 11 meter. Het volume
zal dan in de orde van grootte van 10 tot de macht min 30 kubieke meter zijn. Het aandeel van de zichtbare materie in het heelal is dan
ongeveer een miljardste van een miljardste van een miljardste van een duizendste van 1 volume procent.
Er is grote onduidelijkheid over hoofdpunten van de kosmologie. Donkere materie en donkere energie zijn eigenlijk niet
veel meer dan vanuit de wiskunde noodzakelijke aannames. Uit metingen van de draaisnelheid van het gas rond het centrum van ons
melkwegstelsel op verschillende punten volgt een
rotatiekromme
waarvoor geen verklaring kan worden gegeven vanuit de zwaartekracht van de zichtbare materie en
energie. Er wordt daarom aangenomen dat er ook voor ons momenteel niet zichtbare materie en energie is. Men begrijpt nog volstrekt niet
wat onder beide moet worden verstaan, of ze wel wezenlijk zijn, of er niet een geheel nieuwe benadering nodig is, of we niet met een ander
type materie te maken hebben etc., etc.
Hoeveel lege ruimte zit er in een atoom?
Laten wij het eenvoudigste atoom als voorbeeld nemen: dat van waterstof. Dit is opgebouwd uit een kern van 1 proton en daarom heen een schil
met 1 electron. De kern is 10 tot de macht min 14 meter in diameter, het hele atoom heeft een straal van 3,7 maal 10 tot de macht min 11
meter. Het electron heeft een diameter van hoogstens 10 tot de macht min 18 meter. Zwaardere elementen, te beginnen met helium, hebben in
de kern ook ten minste twee neutronen. De diameter van proton en neutron is ongeveer 10 tot de macht min 15 meter en de massa grofweg 10
tot de macht min 27 kg.
Protonen en neutronen zijn geen elementaire deeltjes. Zij zijn ieder opgebouwd uit een groepje van drie quarks. Dit zijn net als electronen
elementaire deeltjes, die ofwel puntvormig zullen blijken te zijn of een diameter hebben in dezelfde grootte orde als electronen. Wanneer
u meer wilt weten van de vele elementaire deeltjes die inmiddels zijn ontdekt kunt u kijken naar het
standaardmodel.
De meeste van deze deeltjes kunnen niet op aarde in stand blijven, maar in experimenten is vaak wel aangetoond dat zij een rol spelen.
Het blijkt dat atomen voor 99,999 % lege ruimte zijn. Quarks bewegen binnen protonen en neutronen, protonen en neutronen bewegen rond elkaar
en vormen de atoomkern, electronen bewegen rond de kern. Veel dynamiek maar ook gerelateerde stabiliteit.
Hoe wezenlijk zijn elementaire deeltjes?
Niemand die dat weet. Wellicht niets anders dan een stelsel van op elkaar inwerkende krachten. Lange tijd heeft men aangenomen dat er twee
aspecten aan een elementair deeltje zaten: het eigenlijke deeltje (corpusculaire aspect) en een golfaspect, wat het gedrag van het deeltje
moest verklaren. Tegenwoordig tracht men de quantummechanica en de relativiteitstheorie samen te voegen. De elementaire deeltjes worden nu
gezien als snaren (strings). Het onderzoek gaat voort.
In feite gaat het steeds over twee kenmerken die deeltjes kunnen hebben: massa en lading. Men meent momenteel dat zelfs neutrino's en
fotonen een geringe massa hebben. Neutrino's hebben evenwel geen lading.
De massa geeft aan hoe sterk een deeltje trekt aan andere massadragende deeltjes (aan materie in het algemeen). De zwaartekracht is daarvoor
de fundamentele natuurkracht. De werking van de zwaartekracht wordt verklaard in de relativiteitstheorie. Men weet evenwel nog altijd niet
wat zwaartekracht nu eigenlijk is.
De lading van een deeltje is te benaderen vanuit de quantummechanica. Men begrijpt veel van de
werking van ladingen op elkaar, maar het eigenlijke van lading (b.v. van het electron) wordt nog niet doorzien.
Eigenlijk zijn zowel
lading als massa niet meer dan
bewegingen in het ruimte-tijd continuüm.Krachten van afstoting en aantrekking ordenen de chaos van de vrije energie.
Levende
organismen zijn gebouwd uit dezelfde ongrijpbare deeltjes als heel het universum.
Iets uit niets?
De natuurwetenschap van dit moment gaat ervan uit dat alles ontstaan is uit een puntvormige singulariteit. Daarin zou een oneindige
ruimte-tijd kromming optreden, een oneindige massa en een oneindig hoge temperatuur. De natuurwetten die in het huidige heelal gelden
zijn niet toe te passen op een dergelijke singulariteit. Eigenlijk is het niet anders dan een wiskundig model, gevonden door het terugvolgen
van de ontwikkelingen die zich in de ruimte-tijd hebben voorgedaan.
De meest typerende beschrijving werd gegeven door een amerikaanse scholier die opmerkte: "in het begin was er niets en dat is toen ook
nog ontploft". De rol van het licht (lichtsnelheid) in ruimte-tijd en in energie/materie is opvallend.
Wij moeten ons voorstellen dat er uit het niets (singulariteit) een baaierd aan vrije energie is gekomen. Elementaire deeltjes werden
gevormd en de vier fundamentele natuurkrachten kwamen in werking. Er ontstonden velerlei elementaire deeltjes en hun tegengesteld geladen
antideeltjes. Er was een hyperactieve situatie waaruit door een wisselwerking van opbouw en afbraak alle huidige materie is gevormd en nog
altijd gevormd wordt. Quarks worden samengevoegd tot protonen en neutronen, protonen en neutronen vormen atoomkernen, er ontstaan
waterstofatomen door het invangen van een electron, een hele reeks elementen wordt gebouwd uit toenemend aantal protonen en neutronen
in de kern onder invanging van electronen in verschillende schillen, atomen worden samengevoegd tot verbindingen, afgegrensd in moleculen,
moleculen worden bijeengevoegd tot gesteenten en tot cellen waaraan leven wordt gegeven, cellen worden gebouwd tot weefsels, organen,
organismen, levensgemeenschappen.
Calvinistische visie
Wij mogen nu ieder voor zich een wereldbeeld vormen. De calvinist beziet de natuur door de bril van de Bijbel. De grote eenheid tussen
openbaring in de Bijbel en openbaring in de natuur gaat steeds meer opvallen. Het is verblijdend dat de mens in staat wordt gesteld zo veel
te begrijpen van de schepping. Hoe onbegrijpelijk prachtig en verrukkelijk zijn de werken van onze God. Wat fantastisch dat wij als
rentmeesters daar over mogen denken en God daarvoor mogen loven. Naarmate de wetenschap vordert kan er steeds beter verstaan worden wat de
Bijbel ons altijd al vertelde. Er zij licht en er was licht. God is niet aan ruimte-tijd gebonden, maar eeuwig en alomtegenwoordig. Hij
schept uit niets al wat is; is niet onderhevig aan de eerste hoofdwet van de thermodynamica. Zie hoofdstukje 21 van "Toekomstmuziek".
Alles wat geschapen is blijkt te bestaan uit quarks en electronen,bundeltjes energie, pakketjes kracht gegenereerd door de Geest. Het
zichtbare is ontstaan uit het onzichtbare (Hebreeën 11). Schepping uit niets, ordening van de chaos, opbouw van structuren, doorlopende
onderhouding. Er is relatie tussen Geest en stof. In de natuur is steeds duidelijker te lezen dat onze Schepper geen tovenaar is maar een
bouwmeester. Verder wordt ons geleerd dat de schepping nog steeds voort gaat, dat er een doorlopende dynamische relatie is met God die alles
stuurt. Ook zullen wij moeten buigen voor een wereldbeeld dat niet afgestemd is op de menselijke maat, maar dat kosmisch is en
christocentrisch. Dit wereldbeeld is voor de kleine gevallen mens in de aardse bedeling wellicht te groot om knus te zijn. Wij hebben
eigenlijk liever een wereldbeeld dat rond ons gecentreerd is. Wij bestaan echter niet voor ons zelf maar tot eer van God. Wanneer wij alle
zelfhandhaving prijs geven zal er ruimte in ons komen voor hernieuwde en vollere bewoning door de Geest van God, en een vernieuwd
rentmeesterschap.
Voor de nieuwe mens, herschapen naar het beeld van Jezus Christus, daagt er een arbeidsterrein van overweldigende grootsheid en schoonheid.
De kinderen van God mogen hun rentmeesterschap weer opnemen wanneer Christus, de tweede Adam, de nieuwmaker, klaar is met zijn
verlossingswerk. Gods kinderen worden herschapen naar het beeld van de Zoon, zij krijgen opnieuw de levendmakende adem ingeblazen en nu
nog voller en definitief. Zij zullen worden ingeschakeld bij het beheer en de ontwikkeling van het kunstwerk van de Schepper. Hij wil voor
eeuwig woning in hen maken. Blijkbaar was dat al van af het begin de bedoeling. Kom Heer Christus, kom haastig!
Er is in natuurwetenschap geen enkel gevaar voor christgelovigen. Er kan immers alleen onthuld worden wat de hemelse Vader doet en gedaan
heeft. De rentmeester doet er goed aan daarbij paraat te zijn. Het getuigenis van Jezus Christus in wie en voor wie alles geschapen is en
die ook alles beheert is nooit zo makkelijk geweest als juist nu. De relationele natuurwetenschap vraagt om het getuigen van de christen.
Zelfs voor de atheist staat de autonomie van de materie momenteel ter discussie. Wij laten onze niet gelovige medemensen in de kou staan
wanneer wij strijdigheid tussen Bijbel en natuurwetenschap blijven prediken. Laten wij nu eindelijk, na 500 jaar strijd voor ons eigen
knusse mensgebonden wereldbeeld, eens de
vaandels van onze God gaan voeren.
Wereldbeelden kun je afwijzen, natuurwetenschap niet! Dat is net zo min in overeenstemming met ontzag voor onze God als het verwerpen van
de Bijbel. Ik wek creationisten op om de zingeving van al wat is te gaan uitdragen en op te houden met het vechten voor mensgebonden
bijbeluitleg. De Bijbel hoeft niet te worden bewezen, maar er moet worden geloofd wat God zegt. Hij spreekt tot de afgevallen rentmeester
over noodzaak van bekering, over heil in Jezus Christus, over uitstorting van de Geest, over ambtsherstel, over kindschap van God, over
eeuwig leven. Meer hierover op de website: Christus leeft en komt weer.